Hoofdmenu:
Geluid en vloeren
Mogelijkheden voor vloerafwerking in appartementen en dan in het bijzonder in combinatie met harde vloeren. De waardes worden aangegeven in decibels. (Db). Een decibel is een eenheid van geluidsintensiteit.
De eisen:
Deze zijn aangegeven door Nederlandse stichting geluidshinder te Delft. In principe was NEN 5079 de norm voor gebruik van een harde vloer in appartementen. Vanaf 2002 is deze vervangen door NEN-EN–ISO 140-8 daar de vorige norm niet internationaal was. Tevens kunt u de norm NEN-EN-ISO 717-2 tegenkomen. Deze norm bepaalt dat de gemeten testresultaten internationaal in dezelfde waarde uitgedrukt worden. Er zijn namelijk twee manieren om de waardes uit te drukken,namelijk AIlin en AIco . Aangezien AIlin ongeveer de helft is van AIco , kan een beweerde verbetering van 20 Db in de praktijk dus heel goed slechts een verbetering van 10 Db zijn.
Al deze normen geven een demping van 10 Db als minimale waarde.Dit garandeert ook in bestaande bouw dat eventuele overlast minimaal is.Zeker in de huidige nieuwbouw is overlast met deze demping haast uit te sluiten.De geadviseerde normen gelden overigens niet voor verkeersruimtes zoals een hal of gang. Hier hoeven dus geen geluidsreducerende maatregelen voor genomen te worden. Het staat echter iedere bewonersvereniging vrij deze normen te hanteren of aan te passen. Het verbieden van alle harde vloeren komt nagenoeg niet meer voor, dit vanwege de sterk verbeterde bouwmethodes en de ontwikkeling van nieuwe geluidswerende producten. Bovendien zouden dan verlijmde stugge vloerbedekkingen ook geweerd kunnen worden, daar deze meestal ook niet aan de 10 Db demping voldoen.
De middelen:
Om deze norm van 10 Db te halen, zijn fabrikanten van harde vloeren de laatste jaren geluidsreducerende producten gaan ontwikkelen. Met name de geluidsreducerende vloerplaat is een geschikt middel.
Belangrijk : Bij een geluidsreducerende vloerplaat wordt alleen het effect in de aangrenzende ruimtes gemeten. Het geluid in de ruimte zelf is vaak zelfs meer. (de dikte werkt als klankkast.)
Wat ook erg verschilt, is de manier van meten. TNO meet alle waarden exclusief de afwerking. De gebruikte toplaag kan zowel een positief als een negatief effect geven op het resultaat. Het kan dus zijn dat een combinatie van een goede ondervloer met een minder geschikte vloer niet meer aan de eis van 10 Db voldoet!
Zachte vloeren:
Tapijt:
Kan uiteraard, spannen op een verend ondertapijt is zeker aan te raden. Is spannen uitgesloten i.v.m. bijvoorbeeld gebruik van een rolstoel, dan is verlijming op een vloerplaat een goede oplossing. Ook in dit geval een goedgekeurde vloerplaat gebruiken, Daar een aan het beton verlijmde vloerbedekking zonder ondertapijt vaak niet meer dan 2-6 Db dempt.
Flexibele vloeren:
PVC: Een PVC vloer is in een appartement niet zomaar rechtstreeks aan de (geëgaliseerde) dekvloer te verlijmen. Er zijn echter zeker manieren om verantwoord een PVC vloer te leggen in een appartement. PVC vloeren zijn er in verschillende uitvoeringen:
Stroken van 2 á 3 mm. dikte welke verlimd moeten worden: De geschikte ondervloer is een Jumpax Dual ondervloer.
Linoleum: Ook wel Marmoleum genoemd. Voldoet aan de eisen met de Jumpax Dual ondervloer. Totaalhoogte is dan 11,8 mm. Levensduur van ongeveer 30 jaar.
Vinyl: Is in principe geen probleem, de meest vinylsoorten dempen minstens 10 Db. Hier hoeft dan ook geen ondervloer gebruikt te worden. Egaliseren is over het algemeen wel noodzakelijk. Linoleum / marmoleum is niet zonder meer mogelijk zonder ondervloer. Afhankelijk van de dikte van het materiaal demping tot 20 Db. Dikkere vinylsoorten dienen echter wel stug te zijn en zeker niet zacht. Een zachter vinyl is erg gevoelig voor indrukken. Tevens zegt de dikte van het vinyl nagenoeg niets over de slijtvastheid van de toplaag.
Mogelijkheden met harde vloeren:
laminaat : HDF High Density Fibre (gemalen naaldhout) met een kunststof (melamine) toplaag. Deze vloeren worden zwevend gelegd en verbonden door middel van een click-verbinding. Let wel op de kwaliteit van de verbinding in combinatie met verwarmingsleidingen in de afwerkvloer. Deze vloeren zijn relatief snel, voordelig en eenvoudig geschikt te maken voor appartementen en eventueel verhuisbaar.
Levensduur is echter beperkt tot 15 - 20 jaar.
Bijvoorbeeld: quickstep of Parador laminaat
Voorbeelden van ondervloeren zijn: Heatfoil (ook in combinatie met vloerverwarming) van 2 mm. dikte en Redupax platen
Laminaatparket: HDF met een gefineerde toplaag en meerdere laklagen. Qua leggen, ondervloer en verbindingen vergelijkbaar met laminaat, echter geen kunststof maar een houten toplaag. Veelal een mooier uiterlijk maar meer onderhoud. De levensduur van de lak is ook de levensduur van de vloer. In ideale situaties is de vloer te polijsten en opnieuw te lakken. Levensduur 10 tot 15 jaar.
Een voorbeeld van deze vloeren is de Par-ky vloer.
Voorbeelden van ondervloeren zijn: Heatfoil (ook in combinatie met vloerverwarming) van 2 mm. dikte en Redupax platen
Lamelparket: Een uit lagen opgebouwde vloer. Van oudsher meestal een vuren ondergrond met een toplaag van 4,0 mm hout. Echter, minimaal een toplaag van 2,0 mm. De laatste jaren zijn veel merken overgestapt op een opbouw van 12 mm. multiplex met een toplaag tussen de 3 en 6 mm. massief hardhoud. Deze lamelparket vloeren worden overwegend zwevend geplaatst, daar de werking door de kruislings geplaatste lagen minimaal is. Vast lijmen kan ook, dit stelt hogere eisen aan de ondervloer maar de loopgeluiden in de ruimte zelf zijn dan aanzienlijk minder. Levensduur afhankelijk van de dikte van de toplaag tussen de 20 – 80 jaar.
Bijvoorbeeld HCE, Karelia, Quickstep Parket of Ambiant Parket.
Voorbeelden van ondervloeren zijn: Heatfoil (ook in combinatie met vloerverwarming) van 2 mm. dikte en Redupax platen
Vast parket: Ook wel tapis vloeren genaamd. In dit geval wordt er een laag massief hout van 6 – 10 mm verlijmd en genageld op een ondervloer. Krimp en loopgeluiden zijn minimaal en patronen zoals visgraat zijn mogelijk. Dit systeem wordt als het meest ideaal gezien, echter zeer arbeidsintensief en daardoor relatief prijzig. Een extra ondervloer is ook hier absoluut noodzakelijk. De levensduur van deze vloeren is extreem lang, tussen de 80 – 120 jaar.
Voor de patroonvloeren en 6 mm. dikke patroonvloeren en vloeren to 11 cm. breed is de Parpax de juiste ondervloer. Voor de bredere 9 mm. dikke vloeren kiest u de Redu-panel ondervloer.
Geluidsarm parket: Een andere mogelijkheid is het verlijmen van meerdere lagen hout. Deze techniek garandeert een stil parket met minimale rek en krimp van de vloer. Dit is echter vrij prijzig en de voorgelijmde toplaag laat vaak los bij het schuren van de vloer.
Planken vloeren: Massief hout van 20 mm. dikte. Deze vloeren zijn wat risicovoller dan de andere vloeren. Hoe meer hout, hoe meer werking. Deze vloeren worden meestal los gelegd vanwege de prijs. Enige werking is dan echter niet te voorkomen. Leg deze vloeren echter nooit los in kamers breder dan 5 meter en zorg voor voldoende dilataties en afstand tot de muur. Vast leggen door verlijmen en blind vernagelen op een ondervloer is een betere oplossing. Dit betekent wel meer legwerk, een betere ondervloer en daardoor een hogere eindprijs. De levensduur wordt bepaald door de veer en groef hoogte, meestal zit deze op ongeveer 6 mm.
De levensduur is dan zo’n 60 – 80 jaar.
Bijvoorbeeld HCE Parket
Voorbeelden van ondervloeren zijn: Heatfoil (ook in combinatie met vloerverwarming) van 2 mm. dikte en Redupax platen
Kurk: Door natuurlijke demping meestal geen probleem.
Plavuizen : Met de 11 Db dempende Jumpax Ceramics ( 24 mm. dik ! ) Hier komt de tegel nog bij.
Algemeen:
Een droge ondervloer is voor vrijwel iedere vloerafwerking noodzakelijk. Een te natte afwerkvloer zal onherroepelijk schade toebrengen aan de harde vloer, of dit nu linoleum, laminaat of parket is. Vooraf goed vochtmeten is dan ook absoluut noodzakelijk. Tevens is onder iedere harde vloer is een vochtscherm nodig. Deze bestaat meestal uit een dampdichte folie van minimaal 0.15 mm. Dit is tegen eventueel optrekkend vocht, al zal dit met een verdiepingvloer na droging van het bouwvocht te verwaarlozen zijn. Vrijwel iedere fabrikant heeft echter in zijn garantievoorwaarden de folie als voorwaarde opgenomen, ongeacht het technische nut.
Indien het een vrij nieuw appartement betreft dat goed geïsoleerd is, dan zal luchtbevochtiging in het stookseizoen noodzakelijk blijken. Laminaat of hout zal krimpen,en dus kiervorming vertonen, tapijt kan statisch worden. Dit geldt zelfs voor antistatisch tapijt daar dit gemeten is bij een relatieve luchtvochtigheid van 50 %. Onder deze waarde kan ook dit tapijt statisch opladen. Voor een probleemloze vloer is een relatieve luchtvochtigheid tussen de 50 – 70 % dan ook noodzakelijk.
Nadeel van de geluidsisolerende ondervloeren: dikte van minimaal 8 mm. + vloer is al snel 20 mm.Rekening houden met keukenhoogte en brandwerende deuren. Deze zijn meestal niet in te korten!
Indien u nog vragen heeft over specifieke vloeren of de toepasbaarheid van bepaalde materialen, dan kunt u altijd contact opnemen met Vinke Parket b.v.